Wratziekte

Wratziekte is een ziekte bij aardappelen en aardappelplanten die wordt veroorzaakt door de schimmel Synchytrium endobioticum. De schimmel reduceert de opbrengst sterk en maakt aardappelen onverkoopbaar. De sporen van de schimmel kunnen 20 tot wel 50 jaar overleven. 

Aardappel besmet met wratziekte
Beeld: ©NVWA

Hoe herken ik wratziekte?

Wratziekte herkent u aan uitstulpingen en woekeringen, ofwel wratten, op de aardappelknollen.

Wat als wratziekte wordt aangetroffen in mijn aardappelen?

Als wratziekte wordt aangetroffen in uw aardappelen, moet de opbrengst veilig worden afgezet om verspreiding van de ziekte te voorkomen. Verder geldt het volgende:

  • Het besmette terrein wordt afgebakend, net als een bufferzone eromheen. 
  • U mag op besmet terrein geen aardappelen en planten voor opplant verbouwen, inkuilen of opslaan.
  • In de bufferzone mag u alleen resistente aardappelrassen verbouwen. 
  • U moet machines die zijn gebruikt op besmet terrein schoonmaken nadat ze het terrein hebben verlaten, of voor het volgende gebruik. 
  • Rooivruchten die afkomstig zijn van besmet terrein en de bufferzone moet u afzetten naar een bedrijf dat grond en andere resten veilig afzet, tenzij u ze voor afzet vrij van grond maakt. 
  • De grond van een besmet perceel mag pas na 20 jaar worden bemonsterd en onderzocht op aanwezigheid van wratziekte. 

De maatregelen mogen pas worden opgeheven als er geen rustsporen van S. endobioticum meer zijn aangetroffen.

Welke rassen zijn resistent?

Wratziekte kent verschillende vormen of types, aangeduid met fysio's of pathotypen. In Nederland komen 5 fysio’s voor, namelijk:

  • 1 (D1)
  • 2 (G1)
  • 6 (O1)
  • 18 (T1) 
  • 38 (Nevsehir)

Aardappelrassen verschillen in het niveau van resistentie tegen wratziekte. Bekijk een overzicht van resistente rassen:

Meer informatie over onderzoek naar resistentie van aardappelrassen treft u aan bij Resistente aardappelrassen.

Waar in Nederland komt wratziekte voor?

De schimmel komt voor in Noordoost- en Zuidoost-Nederland. De gebieden waar een risico bestaat dat de schimmel voorkomt, zijn aangewezen als preventie- of kerngebied. In deze gebieden mag u alleen aardappelrassen telen met voldoende resistentie tegen wratziekte. Voor fysio 38 zijn nog geen gebieden ingesteld.

Meer hierover leest u bij Teeltvoorschriften.

Hoe voorkom ik verspreiding?

Verspreiding van wratziekte kan plaatsvinden als u (poot)aardappelen en (aanhangende) grond van aardappelpercelen verplaatst. Ook kan de schimmel zich via restmateriaal, de wind en mogelijk ook via oppervlaktewater verspreiden. 

Let daarom op het volgende:

  • Gebruik bij teelt aardappelrassen met een zo hoog mogelijke resistentie
  • Maak gebruik van schoon pootgoed.
  • Maak al uw machines goed schoon bij verlaten van het perceel
  • Ga verstuiving van grond tegen.
  • Teel geen aardappelen op plekken op het perceel waar aardappelen of andere rooivruchten tijdelijk worden opgeslagen. 
  • Vermijd teelt van aardappelen op plekken waar baggerslib is gestort. 

Waar staat dit in de wet?

Meer over de wet en regelgeving over wratziekte leest u bij Regelgeving wratziekte.