Marktverkenning 2014 en advies PAK's in rubbertegels

In 2013 kreeg de NVWA een klacht over een stinkende rubbertegel op een kinderspeelplaats. Op basis van die klacht heeft de NVWA onderzoek gedaan, waaruit bleek dat een hoog gehalte PAK's in deze tegel aanwezig was, namelijk 1.400 mg/kg. In 2014 was er nog geen norm beschikbaar voor rubberen consumentenproducten, waaronder rubbertegels.

Marktverkenning en advies

De NVWA heeft vervolgens een marktverkenning uitgevoerd om na te gaan wat de PAK's-gehaltes waren in tegels en andere ondergronden voor speelplaatsen, die op dat moment werden verkocht. Bovendien heeft de NVWA een risicobeoordeling laten uitvoeren door het RIVM en op basis daarvan heeft bureau Risicobeoordeling & onderzoek (BuRO) van de NVWA een advies uitgebracht.

In de rapportage van het onderzoek 'PAK's in rubber tegels en andere ondergronden' van april 2014 heeft de NVWA de gemeten gehaltes in rubbertegels vergeleken met de (toen) toekomstige norm voor PAK's in rubberen consumentenproducten van 1 mg/kg. Daarbij bleek dat het merendeel van de tegels niet voldoet aan deze norm. Echter gelet op het BuRO-advies was er destijds geen reden tot zorg en ook geen aanleiding om rubbertegels uit de handel te laten halen.

De NVWA/BuRO heeft in 2014 een advies gemaakt over rubbertegels en concludeert dat de toekomstige REACH-norm van 1 of 0,5 mg/kg adequaat is. Waarom heeft het RIVM een nieuwe risicobeoordeling gedaan?

Het NVWA/BuRO-advies is gebaseerd op een RIVM-beoordeling van 2013. Deze is gemaakt naar aanleiding van een klacht over een stinkende rubbertegel. In die beoordeling is uitgegaan van een blootstellingsperiode van 6 maanden. De risicobeoordeling die nu door het RIVM op verzoek van VWS is opgesteld [DPA2] gaat uit van een blootstellingsperiode van 11 jaar. De beide beoordelingen hebben een wezenlijk verschillend uitgangspunt. Bij een incident wordt de schadelijkheid van de aangetroffen situatie beoordeeld, met het oog op eventueel direct te nemen maatregelen ter bescherming van de gezondheid of om verdere schade te beperken. Bij de beoordeling van een veilige norm wordt gekeken naar de bescherming van de gevoeligste groepen van de bevolking, waarbij ook de uitschieters (bijvoorbeeld 11 jaar buitenspelen op rubbertegels) beschermd zijn. Dit is dus de andere kant van het spectrum: bij welke concentratie zijn we er zeker van dat er geen schade optreedt.