Welzijn pluimvee
Er gelden regels voor het houden, huisvesten en verzorgen van pluimvee zoals kippen en kalkoenen. De NVWA controleert of pluimveehouders zich aan deze regels houden. Bekijk hier wat de eisen zijn.
Wettelijke eisen voor welzijn van pluimvee
Houders van pluimvee moeten zich houden aan algemene regels voor het verzorgen en huisvesten van dieren. Deze staan in de Wet dieren, het Besluit houders van dieren en de Regeling houders van dieren. Er zijn daarnaast regels die specifiek voor bijvoorbeeld vleeskuikens of legkippen gelden.
Welzijnseisen vleeskuikens
Houdt u meer dan 500 vleeskuikens? In het Besluit houders van dieren (hoofdstuk 2, paragraaf 6.1) staan eisen voor het houden van meer dan 500 vleeskuikens. U moet zich bijvoorbeeld houden aan eisen over de voeding voor uw dieren en de ventilatie in de stal. Zo kunt u voorkomen dat uw dieren last krijgen van aandoeningen zoals voetzoolleasies.
Monitor en voorkom voetzoollaesies bij vleeskuikens
Voetzoollaesies is een pootaandoening bij kuikens. Voetzoollaesies ontstaan bijvoorbeeld door nat strooisel, verkeerd voer of onvoldoende ventilatie in de stal. U moet voetzoollaesies voorkomen en bijhouden hoe vaak de aandoening voorkomt op uw bedrijf. Dit geeft u door aan Avined. Een dierenarts van de NVWA controleert uw dieren in het slachthuis op de aanwezigheid van dergelijke aandoeningen. Ook RVO houdt toezicht.
Bekijk in de video hoe wij toezicht houden in het slachthuis:
Meer informatie:
- Lees meer over het monitoren van voetzoollaesies op de website van RVO.
- Lees praktische tips van de Wageningen Universiteit over hoe u voetzoollaesies herkent en voorkomt.
Extra eisen vleeskuikens categorie 2 en 3
Valt de bezettingsdichtheid van uw stal onder categorie 2 of 3? Dan gelden er extra eisen. U moet elk koppel dat u afvoert voor de slacht doorgeven aan RVO. Ook moet u melden als de bezettingsgraad verandert of als u een nieuwe of verbouwde stal heeft.
Hoe weet ik wat de bezettingsdichtheid van de stal is?
De bezettingsdichtheid van de stal wordt uitgedrukt in kilogram vleeskuikens per vierkante meter (kg/m²):
- Categorie 2: Uw stal heeft een bezettingsdichtheid 33 kg/m² tot en met 39 kg/m².
- Categorie 3: Uw stal heeft een bezettingsdichtheid 39 kg/m² tot en met 42 kg/m².
Bekijk alle extra eisen voor houders van vleeskuikens categorie 2 en 3 op de website van RVO.
Hoe voorkom ik welzijnsproblemen bij vleeskuikens?
Tijdens onze inspecties in vleeskuikenstallen komen wij bepaalde afwijkingen bij kuikens vaker tegen. U kunt deze afwijkingen voorkomen of verhelpen:
- Zorg ervoor dat strooisel droog blijft
Nat strooisel kan voor welzijnsproblemen zorgen, zoals voetzoellaesies. Strooisel kan nat worden door lekkende drinkwatervoorzieningen, een verkeerde samenstelling van het voer of door zieke dieren. Heeft u last van nat strooisel in de stal? Bespreek dit met uw dierenarts of met uw voerleverancier. Kom samen tot een oplossing. - Zorg voor voldoende licht in de stal
Er moet voldoende licht zijn in de stal. De minimale eis is 20 lux op 80% van de bruikbare vloeroppervlakte, op dierhoogte. Controleer de verlichting, maak lampen regelmatig schoon en vervang defecte lampen. - Voorkom overbezetting
Zorg dat u niet meer vleeskuikens in uw stal houdt dan is toegestaan. De toegestane bezetting hangt af van de categorie die u heeft opgegeven. Meer informatie over de verschillende categorieën bezettingsdichtheid vindt u bij RVO.
- Bereken de dagelijkse sterfte
U moet de dagelijkse sterfte (mortaliteit) correct berekenen en bijhouden. U kunt hiervoor gebruikmaken van de rekentool op de website van RVO.
Bekijk alle welzijnseisen voor vleeskuikens op de website van de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO).
Welzijnseisen legkippen, vleeskuikenouderdieren en vleeskalkoenen
Zorg dat u zich aan de welzijnseisen houdt:
Welzijn meer dan 350 legkippen
Houdt u meer dan 350 legkippen? Er gelden wettelijke eisen voor het houden van legkippen, bijvoorbeeld over de drinkvoorzieningen, zitstokken en het nest van de legkippen. In het Besluit houders van dieren (hoofdstuk 2, paragraaf 2.1) staan de wettelijke eisen.
Welzijn vleeskuikenouderdieren
Bent u houder van vleeskuikenouderdieren en opfokdieren? In Besluit houders van dieren (hoofdstuk 2, paragraaf 6.1a) staan onder andere regels op het gebied van de bezettingsdichtheid en de kwaliteit van het strooisel.
Welzijn vleeskalkoenen
Bent u bedrijfsmatig houder van vleeskalkoenen, ouderdieren van vleeskalkoenen en opfokdieren? In Besluit houders van dieren (hoofdstuk 2, paragraaf 6.3) leest u aan welke wettelijke regels u moet voldoen. Bijvoorbeeld op het gebied van de bezettingsdichtheid, het strooisel en het klimaat in de stal.
Lichamelijke ingrepen bij pluimvee
Veel lichamelijke ingrepen bij pluimvee zijn verboden. U mag geen pluimvee houden als ze een verboden ingreep hebben ondergaan. Lees meer over het verbod op ingrepen bij pluimvee op de website van RVO.
Welke lichamelijke ingrepen zijn wel toegestaan?
Een aantal lichamelijke ingrepen bij pluimvee zijn toegestaan. De toegestane ingrepen staan per diergroep in de volgende wetten:
- Besluit houders van dieren (hoofdstuk 2)
- Besluit diergeneeskundigen (hoofdstuk 2)
Voor welke lichamelijke ingrepen geldt een vrijstelling?
Voor een aantal verboden ingrepen geldt een vrijstelling. De ingrepen waar een vrijstelling voor geldt vindt u in de Regeling Diergeneeskundigen (hoofdstuk 7).
Voorkom hittestress en koudestress
U bent verplicht om uw dieren te beschermen tegen slechte weersomstandigheden, zoals hitte en kou. Zo voorkomt u dat de dieren last krijgen van hitte- of koudestress.
Meer informatie:
- Bekijk de regels voor het voorkomen van hittestress en koudestress.
- Lees op de website van de Gezondheidsdienst voor Dieren welke maatregelen u kunt nemen om hittestress te voorkomen.
- Lees in het Protocol pluimveetransport bij hoge en lage omgevingstemperaturen (Avined) wat u kunt doen tijdens het vervoer van pluimvee bij warm of koud weer.
Geef uw dieren veilig diervoer
Het voer voor uw dieren moet veilig zijn. Van vervuild diervoer kunnen uw dieren ziek worden. Ook mensen die het vlees of de eieren van deze dieren eten kunnen dan ziek worden. Lees aan welke eisen diervoer moet voldoen en hoe wij hierop toezien.
Houd rekening met dierenwelzijn tijdens vervoer
Bij het vervoer van pluimvee moet u zich aan regels over dierenwelzijn houden. Deze regels staan in de Transportverordening. Lees meer over dierenwelzijn tijdens het transport van pluimvee.
Regels voor doden van pluimvee
Gaat u zelf een dier doden of slachten op uw bedrijf? Zorg dat het dier zo min mogelijk pijn en spanning ervaart. U moet zich houden aan regels voor het doden van dieren op de veehouderij. Er zijn verschillende methodes om dieren te bedwelmen en te doden. Lees welke methode is toegestaan voor het doden van pluimvee.
Wat moet ik met een dood dier doen?
U moet dode dieren laten afvoeren als deze niet bestemd zijn voor particuliere consumptie. Lees meer over het afvoeren van kadavers van de veehouderij.
Zo houden wij toezicht
Wij controleren of pluimveehouders de regels voor dierenwelzijn naleven. We houden op verschillende manieren toezicht. We voeren inspecties uit bij bedrijven. Ook controleren we in elk slachthuis hoe dieren eraan toe zijn. Bij vleeskuikenhouders met meer dan 500 vleeskuiken inspecteren we of nieuwe of verbouwde stallen aan de eisen voldoen.
Als we zien dat een pluimveehouder zich niet aan de wettelijke eisen voor dierenwelzijn houdt, grijpen we in. U kunt bijvoorbeeld een officiële waarschuwing of een boete krijgen. Lees meer over ons toezicht.
Ieder jaar publiceren wij onze inspectieresultaten op het gebied van dierenwelzijn.