Welzijn konijnen inspectieresultaten 2021-2022

De NVWA controleert de huisvesting en verzorging van bedrijfsmatig, voor vleesproductie, gehouden konijnen. Dat doen we op basis van de voorschriften uit de Wet Dieren en het Besluit houders van dieren. Hierin staan de regels voor het houden, huisvesten en verzorgen van konijnen.

Samenvatting

In 2021 en 2022 is een naleefmeting uitgevoerd van de welzijnseisen voor vleeskonijnen. Op basis hiervan kan de NVWA een beeld schetsen van de naleving van deze voorschriften. Er is gekeken naar bedrijven met een minimale omvang van ≥ 80 voedsters en/of ≥ 250 vleeskonijnen. Van de 52 bedrijven bleven 35 bedrijven over die als bedrijfsmatig worden gezien. Voor de opmaak van een naleefbeeld zijn er aselect 17 geïnspecteerd (landbouwtelling 2021).

Bij 5 van de 17 geïnspecteerde bedrijven zijn overtredingen geconstateerd. Hiervoor zijn 5 schriftelijke waarschuwingen opgemaakt, waarvan 4 in combinatie met herstelmaatregelen. Overtredingen die zijn geconstateerd hadden betrekking op huisvesting, het niet hanteren van een dag- en nachtritme of het niet (juist) bijhouden van het uitvalspercentage.

Achtergrond

Eind 2019 is er een rapportage van de European Food Safety Authority (EFSA) verschenen waarin ingegaan wordt op het welzijn van konijnen gehouden voor de vleesproductie. Om ook in Nederland het welzijn van deze konijnen in beeld te krijgen zijn controles uitgevoerd op de geldende wet- en regelgeving.

In 2021 waren volgens de landbouwtelling op enig moment (inwinning gegevens tussen 1 april 2021 tot en met 15 mei 2021) in totaal 321.300 bedrijfsmatig gehouden konijnen in Nederland. Het gaat dan om 282.900 gespeende vleeskonijnen en om 38.400 voedsters (moederdieren).

Werkwijze

Aan de hand van de landbouwtelling 2021 is gekeken naar de omvang van de locaties waar konijnen worden gehouden. Voor het naleefbeeld bedrijfsmatig konijnenhouders is gekeken naar bedrijven met ≥ 80 voedsters en/of ≥ 250 vleeskonijnen. Van de 52 geregistreerde locaties met konijnen bleven er op basis hiervan 35 bedrijven over voor het vaststellen van het naleefbeeld. De overige houders bleken o.a. zorg- en kinderboerderijen en bedrijven die inmiddels al gestopt waren. Er zijn aselect 17 bedrijven geïnspecteerd.

Alle inspecties zijn op locatie uitgevoerd, 7 in het najaar van 2021 en 10 in het voorjaar van 2022.

Inspectieresultaten en interventies

Als een inspectie niet akkoord is, kan de inspecteur een schriftelijke waarschuwing, een rapport van bevindingen of een proces-verbaal opmaken; de zogeheten interventies. Een rapport van bevindingen kan resulteren in een bestuurlijke boete. Een proces-verbaal wordt ingediend bij het Openbaar Ministerie, waarna de zaak strafrechtelijk kan worden afgedaan. Een bestuurlijke boete of proces-verbaal kunnen beiden gecombineerd worden met een herstelmaatregel, zoals een last onder dwangsom.

Bij 5 van de 17 gecontroleerde bedrijven zijn overtredingen vastgesteld. Deze bedrijven hebben allen een schriftelijke waarschuwing ontvangen en 4 van de 5 ontvingen ook een herstelmaatregel.  

Overtredingen die zijn geconstateerd hadden betrekking op:

  • Huisvesting voor de voedsters. Hier waren bij 2 bedrijven niet in alle hokken de plateaus naar beneden geklapt of waren de matjes niet juist.
  • Het dag- en nachtritme. Dit werd niet juist gehanteerd bij 2 bedrijven.
  • Het uitvalspercentage. Bij 1 bedrijf werd dit niet (juist) bijgehouden.

Bij de 5 bedrijven die niet akkoord zijn bevonden wordt een herinspectie uitgevoerd.