Hoe voorkom ik dat mijn paard het westnijlvirus krijgt?

Het westnijlvirus komt nu bijna niet voor in Nederland. Daarom hoeft u nu ook geen preventieve maatregelen te nemen om een infectie met het westnijlvirus tegen te gaan. Mocht dit veranderen, dan kunt u proberen om muggen zoveel mogelijk weg te houden bij uw paarden. Ook kunt u uw paard laten vaccineren.

Vaccinatie is niet verplicht in Nederland

Voor paarden zijn vaccins beschikbaar tegen het westnijlvirus. Deze worden nu vooral gegeven aan paarden die internationaal reizen voor wedstrijden naar landen waar het westnijlvirus veel voorkomt. In Nederland komt het virus momenteel zo weinig voor dat vaccinatie niet standaard geadviseerd wordt. 

Denkt u dat uw paard meer risico loopt om het westnijlvirus op te lopen, bijvoorbeeld omdat u met uw paard naar het buitenland gaat? Overleg dan met uw dierenarts of vaccinatie nodig is. Meer informatie over de vaccins tegen het westnijlvirus vindt u op de website van de Gezondheidsdienst voor Dieren (Royal GD).

Muggen weghouden bij uw paarden

Afbeelding van de gewone huissteekmug (Culex pipiens)
Beeld: ©NVWA
Afbeelding van de gewone huissteekmug (Culex pipiens)

Het westnijlvirus wordt overgedragen door de gewone huissteekmug: Culex pipiens. Dit is één van de meest voorkomende steekmuggen in Nederland. U kunt maatregelen nemen tegen deze muggen. Zorg ervoor dat er zo min mogelijk geschikte broedplekken zijn in de buurt van uw paard. En probeer de muggen zoveel mogelijk weg te houden bij uw paard.

Verminder het aantal broedplekken voor muggen

De huissteekmug legt eieren op plekken waar lange tijd (regen)water in blijft staan, zoals emmers, bloempotten, schalen, dakgoten, regentonnen, drinkbakken, gieters, zwembadjes, wagensporen en hoefafdrukken. Daarnaast zijn tuinvijvers en (oevers van) meren geschikte broedplekken voor de huissteekmug. De ontwikkeling van ei tot volwassen mug duurt 3 tot 4 weken. Als het heel warm is, gebeurt dit in 10 tot 14 dagen.

Zorg dat er zo min mogelijk plekken met stilstaand water zijn bij de stallen en maneges. Dit is vooral belangrijk in het muggenseizoen, dat loopt van april tot en met oktober.

  • Verwijder bladeren en vuil uit de dakgoot, zodat het water goed kan doorlopen.
  • Ververs het water in de drinkbakken minstens een keer per week.
  • Laat geen water staan in emmers, gieters, bloempotten en schalen en dergelijke. Zet ze binnen of op de kop.
  • Dek regentonnen ‘mug-dicht’ af, bijvoorbeeld door er horrengaas overheen te spannen of een goed passend deksel te plaatsen. Houd er rekening mee dat muggen door kleine gaatjes kunnen.
  • Zorg dat er in paden en wegen geen gaten zitten waar regenwater in kan blijven staan.

Bij vijvers en meren zitten natuurlijke vijanden van muggen, zoals kikkers, padden en vissen. Hierdoor zal er bij deze plekken niet snel ernstige overlast van muggen ontstaan.

Houd uw paard binnen in de schemering

Muggen steken vooral als het schemert, in de ochtend en in de avond. Haal uw paarden daarom binnen voor het invallen van de avondschemering. Laat ze pas na de ochtendschemering weer naar buiten gaan.

Wel maatregelen nodig bij (mogelijke) besmetting

Is uw paard misschien besmet met het westnijlvirus? Dan zijn misschien wel maatregelen nodig, om te voorkomen dat het virus zich verder kan verspreiden. De NVWA bespreekt dan met u wat er moet gebeuren.