Advies van BuRO over de risico’s voor de volksgezondheid bij het aanbieden van kweekvlees bij proeverijen

Zorg ervoor dat de voedselveiligheid tijdens proeverijen van nieuwe voedingsmiddelen, zoals kweekvlees, goed geregeld is, met een betrouwbaar veiligheidsbeoordelingssysteem dat past binnen de bestaande Europese en Nederlandse regels. Dat advies geeft bureau Risicobeoordeling & onderzoek (BuRO) aan de minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS). Daarnaast geeft BuRO nog enkele aanvullende adviezen.

Het advies van 17 juli 2025 vervangt de versie van 27 mei 2025, vanwege een foutieve zin die nu is verwijderd. 

Veiligheidsbeoordelingssysteem

Een systeem voor de beoordeling van de voedselveiligheid tijdens proeverijen van nieuwe voedingsmiddelen bestaat onder andere uit voorschriften voor het aanvragen van proeverijen, een veiligheidsdossier, en een onafhankelijke organisatie die dit dossier evalueert.

Het veiligheidsbeoordelingssysteem moet voldoen aan de volgende criteria:

  • Het systeem is ingebed in bestaande en beproefde voedselveiligheidsstructuren.
  • Het garandeert transparante en reproduceerbare veiligheidsbeoordelingen.
  • Het is toegankelijk en inzichtelijk voor de toezichthouder.

Aanvullende adviezen

Daarnaast adviseert BuRO aan de minister van VWS om de NVWA inzage te geven in de veiligheidsbeoordelingen van kweekvleesproeverijen die al zijn uitgevoerd door een commissie die speciaal voor dit doeleinde is ingericht.

Aan de Inspecteur-Generaal van de NVWA adviseert BuRO om te pleiten voor een borging van de voedselveiligheid tijdens proeverijen van nieuwe voedingsmiddelen, die toegankelijk is voor de NVWA als toezichthouder.

Aanleiding

Kweekvlees wordt onder laboratoriumomstandigheden opgekweekt uit dierlijke cellen. Kweekvlees wordt binnen de Europese Unie gezien als nieuw voedingsmiddel (novel food). Novel foods mogen pas op de markt worden toegelaten na een veiligheidsbeoordeling door de European Food Safety Authority (EFSA), gevolgd door goedkeuring door de Europese Commissie en de EU-landen.

In 2022 is echter een motie aangenomen door de Tweede Kamer om kweekvleesproeverijen onder ‘gecontroleerde en veilige omstandigheden’ mogelijk te maken, voorafgaand aan officiële markttoelating. Daarna is een ‘Code of Practice’ ontwikkeld door kweekvleesproducenten in overleg met de ministeries van VWS en LVVN. Deze Code of Practice schrijft voor welke procedures gevolgd moeten worden bij kweekvleesproeverijen. Sindsdien hebben Nederlandse producenten van kweekvlees voor het eerst in Nederland een aantal proeverijen georganiseerd om hun kweekvleesproducten te laten proeven.

De NVWA wil een standpunt vormen over de voedselveiligheid tijdens kweekvleesproeverijen en heeft BuRO gevraagd onderzoek te doen.

Aanpak

BuRO heeft zich gericht op het inventariseren van de chemische stoffen en (micro)biologische gevaren die mogelijk aanwezig zijn in een kweekvleesproduct en die potentieel schadelijke gezondheidseffecten kunnen hebben voor de mens. Daarnaast heeft BuRO onderzocht op welke manieren de veiligheid van nieuwe voedingsmiddelen tijdens proeverijen beoordeeld wordt.

Vragen en antwoorden

Vraag 1: Welke chemische en (micro)biologische risico’s zijn er bij het proeven van kweekvlees? 

BuRO heeft op basis van inzicht in het productieproces gevaren geïdentificeerd die mogelijk samenhangen met de consumptie van kweekvlees.

Mogelijke (micro)biologische gevaren:

  • besmetting met ziekteverwekkende micro-organismen, bijvoorbeeld via:
    • het dier waaruit de cellen afkomstig zijn
    • gebruikte materialen zoals ´scaffolds’ (steunstructuren)
    • ingrediënten van het groeimedium
    • besmette instrumenten
    • menselijke handelingen tijdens het kweekproces, of bij de verdere verwerking en bereiding
  • Het ontstaan van giftige of allergene eiwitten door genetische veranderingen in de cellen (spontaan of bewust veroorzaakt)

Mogelijke chemische gevaren:

  • verontreinigingen in het weefsel dat voor de kweek wordt gebruikt
  • giftige resten of stoffen die ontstaan uit gebruikte materialen of ingrediënten in het groeimedium
  • bioactieve stoffen in het groeimedium
  • chemische verontreinigingen afkomstig van materialen die in contact komen met het kweekvlees, zoals schoonmaak- of ontsmettingsmiddelen, beschermingsmiddelen bij bevriezing (cryoprotectants), zware metalen of microplastics

Vraag 2: Welke (wetenschappelijke) kennis is hierover reeds opgedaan in het buitenland? Wetende dat er in Singapore, de Verenigde Staten (VS) en Israël al proeverijen zijn geweest.

BuRO heeft contact opgenomen met enkele buitenlandse voedselveiligheidsautoriteiten van landen waar kweekvlees op de markt is gebracht. Dit contact heeft geen extra informatie opgeleverd over de mogelijke chemische en (micro)biologische gevaren bij het proeven van kweekvlees. Het contact heeft wel geleid tot inzicht in de procedures rondom veiligheidsbeoordelingen van nieuwe voedingsmiddelen in deze landen.

Conclusie

BuRO kan de informatie niet raadplegen over het exacte productieproces, de oorsprong van de cellen, de ingrediënten van het groeimedium of de aard van de materialen gebruikt voor het maken van kweekvlees bestemd voor Nederlandse proeverijen. Ook over de opslag- en bewaarcondities is bij BuRO niets bekend. Er zijn ook geen gegevens beschikbaar over de daadwerkelijke aanwezigheid van microbiologische gevaren of chemische stoffen in kweekvlees dat tijdens proeverijen in Nederland wordt aangeboden. Doordat deze essentiële gegevens ontbreken, is het niet mogelijk om goed in te schatten wat de gezondheidsrisico’s zijn voor deelnemers aan deze proeverijen. Het is daarom niet uit te sluiten dat de consumptie van kweekvlees risico’s met zich meebrengt. Door een gebrek aan transparantie in het beoordelingsproces is bovendien onduidelijk of de mogelijke voedselveiligheidsrisico’s voldoende worden geadresseerd en op een grondige en reproduceerbare wijze worden beoordeeld onder de huidige procedure.