Hittestress bij koeien en ander vee

Heeft u koeien, varkens, kippen, paarden, geiten of schapen? Dan bent u verplicht om uw dieren te beschermen tegen slechte weeromstandigheden en stress door hitte te voorkomen.

Hieronder leest u welke extra maatregelen veehouders (voor stal- en weidedieren), vervoerders en slachthuizen kunnen nemen bij heel warm weer. U leest ook waar wij bij inspecties tijdens periodes van hoge temperaturen op letten. Bovendien helpen we burgers op weg die meldingen willen doorgeven van dieren die aantoonbaar last hebben van hitte.

Regels voor dieren in de wei

Dierhouders hebben de wettelijke verplichting om dieren die niet in een gebouw worden gehouden, te beschermen tegen slechte weersomstandigheden, zoals hitte (artikel 1.6 lid 3 Besluit houders van dieren). Eisen voor bescherming tegen slechte weeromstandigheden en een juist klimaat in de stal vindt u in het Besluit houders van dieren hoofdstuk 1 en 2.

De minimale norm is het bieden van schaduw en toegang tot een toereikende hoeveelheid water. Dierhouders die geen schaduw bieden aan hun dieren kunnen in overtreding zijn, ook als uiterlijke kenmerken van hittestress uitblijven. Er zijn veel verschillende oplossingen te bedenken om schaduw te creëren voor de dieren, zoals:

  • bomen
  • parasols en
  • schaduwdoeken.

Ook komt het voor dat veehouders 's nachts weiden en de staldeur open laten.

Het is belangrijk dat er genoeg schaduw is, zodat de dieren niet te dicht opeengepakt moeten staan of geen competitie moeten aangaan voor schaarse beschutting. Dit kan met name bij paarden problemen opleveren in verband met agressie.

Inschatten risico hittestress via THI

Bij veel diersoorten wordt de temperatuur-luchtvochtigheidsindex THI gebruikt als hulpmiddel om het risico van hittestress in te schatten. De THI gebruikt 2 parameters om het effect van het klimaat op de dierrespons te meten. Deze belangrijke parameters zijn makkelijk te meten en zijn:

  1. temperatuur
  2. relatieve luchtvochtigheid

Bij paarden wordt de THI niet gebruikt door onvoldoende onderbouwing in de literatuur; bij paarden kijkt men naar de omgevingstemperatuur.

Dierhouders moeten dieren beschermen tegen hitte als:

  • de temperatuur 27 graden Celsius is (bij paarden)
  • de THI 68 of hoger is (bij koeien)
  • de THI 71 of hoger is (bij schapen)

Op de website van de Gezondheidsdienst voor dieren wordt de THI voor een aantal diersoorten (melkkoeien, schapen, geiten, varkens en pluimvee) 7 dagen vooruit voorspeld aan de hand van de postcode. Daarnaast staan hier ook allerlei adviezen die houders kunnen raadplegen.

Adviezen van de Gezondheidsdienst voor dieren (GD) per diersoort:

Regels voor dieren in de stal

In de stal moet een veehouder er altijd voor zorgen dat de luchtcirculatie, de temperatuur en de relatieve luchtvochtigheid in de omgeving van het dier niet schadelijk zijn voor het dier. Onder andere door een passende ventilatie of een ventilatiesysteem. Daarnaast zijn er maatregelen te bedenken als vernevelen.

Maakt de veehouder gebruik van een kunstmatig ventilatiesysteem, dan moet deze voorzien zijn van een goed onderhouden en passend alarm- en noodsysteem, die in werking treden als het hoofdsysteem uitvalt.

De NVWA besteedt ook bij normale controles op primaire bedrijven aandacht aan klimaat- en ventilatiesystemen en alarm- en noodsystemen. Dat doen we niet alleen bij warm weer.

De houder kan nog aanvullende maatregelen nemen zoals, het veranderen van het voerpatroon en de voersamenstelling en het verminderen van het aantal dieren in de stal.

Herkennen en melden van hittestress

Ziet u een dier in de wei staan dat last heeft van de hitte? Let dan op de volgende zaken:

  • is er voldoende beschutting (schaduw) tegen de felle zon?
  • is er voldoende drinkwater?
  • hebben de dieren last van stress door de hitte? Symptomen zijn:
    • ademhalingsfrequentie is hoger dan normaal
    • openbek-ademhaling of pompende ademhaling
    • kwijlen of schuimen
    • zweten
    • trillen
    • verlies van coördinatie
    • onrust onder de dieren
    • lusteloos (in een later stadium van hittestress)

Ziet u een dier in de wei staan dat aantoonbaar last heeft van de hitte, zoals hierboven omschreven? En ziet u bijvoorbeeld onvoldoende schaduwplekken en/of drinkwaterbakken? Probeert u dan eerst met de houder in contact te komen, zodat deze de situatie kan herstellen. Lukt dit niet, dan kunt u bij ons een melding doen.

We kunnen helaas niet alle meldingen in behandeling nemen. Onze inspecteurs beoordelen of het dierenwelzijn in gevaar is. In veel gevallen bellen wij eerst de houder van de dieren, zodat die zelf maatregelen kan nemen. Is er sprake van een acuut geval? Dan volgt een inspectie.

Hoe melden?

Geef bij een melding de exacte locatie door. Geef ook een duidelijke omschrijving door. Beantwoord voor uzelf de volgende vragen:

  • wat ziet u?
  • welke dieren?
  • hoeveel dieren?
  • voeg zo mogelijk filmpjes of foto's toe

Meld verwaarlozing boerderijdieren

Melding doen over dieren van particulieren

Wilt u een melding doorgeven over hobbymatig gehouden gezelschapsdieren of paarden die door particulieren worden gehouden? Bel dan de politie via telefoonnummer 144. U kunt hiervoor niet bij de NVWA terecht.

Toezicht NVWA

Wat doet de NVWA bij hitte?

  • Extra controles op de boerderij en het slachthuis.
  • Extra controles op dierenwelzijn bij veetransporten als het warmer is dan 27 graden.
  • We kijken daarbij naar de hierboven genoemde regels voor de weide, de stal en het transport waar de houder minimaal aan moet voldoen.
  • Als een inspecteur een overtreding van het dierenwelzijn constateert dan volgt een schriftelijke waarschuwing, een herstelmaatregel en/of een boete.

Nationaal plan veetransport

Het bedrijfsleven en de overheid hebben afspraken gemaakt in het Nationaal plan voor veetransport bij extreme temperaturen. In het plan staat bij welke temperaturen extra maatregelen nodig zijn.

Het beschrijft ook de verantwoordelijkheden van de verschillende organisaties, beschreven in verschillende sectorprotocollen. De sector belooft bijvoorbeeld om de beladingsgraad bij hoge temperaturen te verlagen, en extra maatregelen te treffen. Zoals extra ventilatie of koeling indien vrachtwagens moeten wachten bij slachthuizen vóór ze kunnen lossen.

Dit Nationaal plan is geen wet- en regelgeving. Dat betekent dat de NVWA niet kan handhaven op het plan zelf. De pluimveesector is nog niet aangesloten bij het nationaal plan, maar heeft ook wel een eigen sectorplan.

Maximum temperatuur bij veetransport

Sinds 2 juli 2020 is een beleidsregel van kracht waarbij op Nederlands grondgebied het (commercieel) vervoer van vee verboden is bij een temperatuur van 35 graden of hoger. Dit is ongeacht de duur van het vervoer, en ongeacht of dit nationaal of internationaal transport betreft.

Maximum temperatuur bij transporten langer dan 8 uur

Duurt een transport langer dan 8 uur? Dan geldt het voorschrift uit de transportverordening dat ín de vrachtwagen een maximum temperatuur van 30 graden Celsius, met een uitloop van maximaal 5 graden gewaarborgd moet zijn.

Daarnaast is door de minister vastgesteld dat voor dergelijk lang internationaal transport door de NVWA geen certificaat verleend mag worden als ergens onderweg de buitentemperatuur boven de 30 graden zal komen. Dan is dierenvervoer over lange afstand niet toegestaan. Uitzondering hierop kan gemaakt worden als deze temperatuur onderweg vermeden wordt door bijvoorbeeld 's nacht te rijden, óf gebruik te maken van een vrachtwagen met een actieve koeling. De NVWA hanteert dit voorschrift sinds juli 2020.

Transport van hobbydieren en evenementen

Ook tijdens het transport van hobbydieren mag het welzijn niet worden aangetast. Dit geldt bijvoorbeeld bij het vervoer van paarden naar evenementen. Evenementen zijn niet verboden bij hoge temperaturen. Houders en organisatie moeten samen beoordelen of een evenement op verantwoorde wijze door kan gaan zodat het dierenwelzijn geen gevaar loopt.