Toezicht op dierenwelzijn bij het doden van paling 2018-2020

Deze pagina gaat over de controles dierenwelzijn binnen de visketen. Aan de hand van toezichtdata laten we zien welke risico's er bestaan in dit deel van de keten. Omdat wij alleen toezicht houden op het bedwelmen van aal, vindt u hier dan ook inspectieresultaten over.

Vanuit de maatschappij én de wetenschap is er steeds meer aandacht voor het welzijn van vissen. In eerste instantie lijkt dit uit te gaan naar gekweekte vis, maar is ook steeds meer gericht op vis uit wildvangst en schaal- en schelpdieren. Ondanks deze aandacht is er nog géén Europese specifieke wetgeving voor het welzijn van vissen.

Eisen aan leefomgeving

De eisen rondom leefomgeving verschillen sterk per vissoort. Het gaat daarbij om eisen van ruimte per dier, het lichtregime, de beschikbaarheid van schuilmogelijkheden en de waterkwaliteit. Dat maakt het opstellen van meetbare welzijnscriteria gecompliceerd.

Regelgeving doden van paling

De volgende wet- en regelgeving is verder hierbij van toepassing:

Voor kweekvis geldt alleen een algemene bepaling uit Verordening (EG) nr. 1099/2009 over de bescherming van dieren bij het doden: bij het doden van kweekvis geldt dat de dieren elke vermijdbare vorm van pijn, spanning of lijden wordt bespaard. Omdat EU-voorschriften hierbij ontbreken, kunnen de lidstaten nationale voorschriften over de bescherming van vissen bij het slachten en doden handhaven of aannemen. Nederland heeft hier gebruikt van gemaakt. Sinds 1 juli 2018 is de Regeling ‘houders van dieren in verband met het bedwelmen van aal’ van kracht.

Daarnaast vallen vissen als gewervelde dieren ook onder de algemene bepalingen over de bescherming van dieren tijdens het transport.

In 2005 is een private gedragscode opgesteld als handreiking voor de viskwekers om op een verantwoorde manier en op een ethische basis, vis te kweken. Hierin zijn de volgende criteria opgenomen:

  • watertoevoer van voldoende kwaliteit,
  • voorkomen en adequate bestrijding van visziektes,
  • voorzien in de specifieke eisen van de soort aan de leefomgeving en de gedragsbehoeften
  • voorzien in adequate transportomstandigheden.

Dit zijn geen wettelijke criteria. Wij zien daarom niet toe op naleving van deze gedragscode.

Invulling van het toezicht

Van de bovengenoemde regelgeving dierenwelzijn houdt de NVWA alleen actief toezicht op het bedwelmen van aal. Op de overige wet- en regelgeving is passief toezicht aan de orde. Hier kunnen we alleen handhaven als onomstotelijk kan worden aangetoond dat het dierenwelzijn is geschaad. In zo'n geval wordt door een veterinair van de NVWA een diergeneeskundige verklaring opgesteld.

Ontwikkelingen

Internationaal wordt er veel onderzoek gedaan naar de risico's voor het welzijn van vis. Uit wetenschappelijk onderzoek blijkt dat die risico's vaker en ernstiger voorkomen dan tot voor kort bekend was. Ook zijn er aanwijzingen dat er risico’s voor het dierenwelzijn bestaan in de houderij- en dodingsfase van schaaldieren. Als gevolg van de nieuwe wetenschappelijke inzichten zal de overheid deze risico's in de toekomst wel gaan reguleren.

Wij verwachten dat er nieuwe en aanvullende wet- en regelgeving op Europees niveau zal komen voor het dierenwelzijn in de visketen en dat de NVWA een taak krijgt in het toezicht en handhaving van op deze wet- en regelgeving. Vanuit de maatschappij wordt er op dit moment al druk op de overheid uitgeoefend om hiervoor wet- en regelgeving op te stellen. Jaarlijks krijgen we meldingen om op grond van de algemene wet- en regelgeving dierenwelzijn tot handhaving over te gaan. Dit is met name het geval voor schaaldieren.

Inspecties bedwelming van aal (paling)

De controles op het doden van aal zijn in september 2018 gestart. De overheid heeft er in eerste instantie voor gekozen om te inventariseren waar en hoe aal wordt gedood. Wij informeren de betreffende bedrijven over de nieuwe regelgeving. Met ingang van 2021 gaan we over op actieve handhaving volgens het interventiebeleid van de NVWA.

Criteria inspecties aal

Tijdens de inspecties controleren we of bedrijven waarin aal wordt gedood, één van de twee verdovingsmethoden toepassen. Zo ja, dan wordt beoordeeld of de toestand van bewusteloosheid en gevoelloosheid na de verdoving aanhoudt totdat het dodingsproces voltooid is. Bovendien vragen we de technische specificaties van het apparaat op. Als hier niet aan voldaan wordt, ondernemen we actie.

Resultaten inspecties aal

In 2018, 2019 en 2020 hebben we in totaal 50 inspecties uitgevoerd. Uit de inspecties blijkt dat aal in de meeste gevallen op de (ambachtelijk)visrokerijen en visverwerkende bedrijven wordt gedood. Daarnaast zijn er vijf viskwekerijen die ook aal doden. In zeven gevallen werd tijdens de inspecties vastgesteld dat de bedrijven nog geen verdoving toepasten. Wel bleek tijdens de inspecties dat bij de meeste van deze bedrijven een apparaat is besteld om aal te kunnen verdoven.

Aantal inspecties bedwelming van paling per jaar

Aantal inspecties bedwelming van paling per jaar figuur 1
JaarAantal inspectiesWordt paling gedoodWordt paling bedwelmd
Totaal503023
201813108
201919128
20201887
NVWA Brontabel als csv (127 bytes)

Risico's dierenwelzijn bij doden van paling

Niet alle aal wordt voor het doden bedwelmd. Hierdoor ontstaat een risico voor het dierenwelzijn voor een aanmerkelijk deel van de aal dat voor consumptie wordt gedood.