Voorkom besmetting met Meloidogyne enterolobii op uw bedrijf

Meloidogyne enterolobii heeft zeer veel waardplanten. We treffen deze nematode met enige regelmaat aan in de handel van tropische potplanten. Het gaat om vondsten op onder andere Arecaceae, Caladium, Callistemon, Chlorophytum, Cordyline, Duranta, Echinocactus, Ficus, Gardenia, Heliconia, Philodendron, Portulacaria, Rosa, Sageretia, Syzygium en Zelkova, met herkomsten uit onder meer China, Costa Rica, Ghana, Honduras, Sri-Lanka, Thailand en de Verenigde Staten.

Voorkom besmetting

Een besmetting op uw bedrijf kan ontstaan als u zelf planten importeert, of als uw leverancier de planten heeft geïmporteerd. Een besmetting kan zich op uw bedrijf verspreiden via grond/groeimedium of irrigatiewater. De maatregelen die wij moeten nemen om deze nematode uit te roeien kunnen daardoor ingrijpend zijn.

Voor import

Ga na of u bewortelde planten importeert uit een gebied waar Meloidogyne enterolobii voorkomt. Raadpleeg EPPO voor alle landen waar deze nematode nu bekend is, en houd er rekening mee, dat deze nematode waarschijnlijk in meer gebieden en landen voorkomt.

Importeert u bewortelde planten uit een gebied waar Meloidogyne enterolobii voorkomt, vraag uw leverancier dan te zorgen, dat het materiaal vrij is van deze nematode. De beste garantie vormt teelt zonder contact met de volle grond. In groeimedium dat alleen uit (schoon) anorganisch materiaal, turf en/of kokosvezel bestaat, is de kans op voorkomen van Meloidogyne enterolobii nihil.

Is er op enig moment in de productiecyclus in het exportland contact met de vollegrond of besmet irrigatiewater, dan loopt u risico. De autoriteiten van het exporterend land zijn verantwoordelijk voor de garantiestelling, maar vraag ook uw leverancier om garanties. Worden tijdens de teelt in het exporterende land knobbels in enkele planten gezien, wijs het materiaal dan af: de besmetting kan al aanwezig zijn in de andere planten, zonder dat daarop wortelknobbels zichtbaar zijn.

Attendeer uw leverancier op de EU-eisen voor import en Engelstalige informatie over Meloidogyne enterolobii die te vinden is bij EPPO en CABI.

Na import

Heeft u een partij binnengekregen uit een gebied waar Meloidogyne enterolobii voorkomt, controleer dan zelf ook de wortels van de planten op aanwezigheid van knobbels. Een besmetting kan zich via contact met grond/groeimedium en het watergeef­systeem makkelijk verspreiden naar andere planten op uw bedrijf. Houd de partij minimaal 10 weken volledig fysiek geïsoleerd van andere partijen en controleer de wortels dan nogmaals. Zorg dat uit de administratie en door labeling van elke plant duidelijk is tot welke partij deze plant behoort.

Op de website van de NVWA vindt u informatie over herkenning van Meloidogyne enterolobii. Vermoedt u dat Meloidogyne enterolobii aanwezig is, meldt dit dan bij de NVWA.