Informatie voor dierenartsen over huisdieren uit Oekraïne

Per 15 juni 2023 stopt de tijdelijke versoepeling van de importeisen voor mensen die met hun huisdier uit Oekraïne en Rusland zijn gevlucht. Komt er toch een hond, kat of fret uit Oekraïne of Rusland in uw praktijk die niet aan de importeisen van de Europese Unie (EU) voldoet? Hier leest u wat u moet doen. Zo houden we het risico op rabiës in Nederland zo klein mogelijk.

Hoe weet ik of het huisdier aan de importeisen van de EU voldoet?

Hier vindt u informatie voor dierenartsen over het reizen met honden en katten buiten de EU en de importeisen in het algemeen. Oekraïne is een land met een hoog risico op rabiës en Rusland een land met een laag rabiës risico. Honden, katten en fretten moeten altijd een chip, rabiësvaccinatie en gezondheidscertificaat hebben. Als deze dieren uit Oekraïne komen, moet de titerbepaling met de 3 maanden wachttijd voordat ze naar de EU kunnen komen ook uitgevoerd zijn.

Welke voorzorgsmaatregelen neem ik als een huisdier uit Oekraïne of Rusland die niet aan de EU-importeisen voldoet in mijn spreekkamer komt?

  • Voorkom bijt-, krab- en lik incidenten met deze dieren.
  • Doe het dier tijdens het bezoek aan de praktijk standaard een muilkorf om.
  • Neem zoveel mogelijk maatregelen om contact met andere dieren in de praktijk te voorkomen. Laat ze bijvoorbeeld apart komen.
  • Gebruik handschoenen en bescherm wondjes met een pleister.
  • Doe een extra laag kleding over de werkkleding.
  • Gebruik een gelaatscherm of een beschermende bril.

Meer informatie over passende hygiënemaatregelen kunt u vinden op de website van de Faculteit Diergeneeskunde.

Meld bijt- en krabincidenten bij de huisarts of de GGD in de regio. Deze meldplicht geldt ook voor andere betrokkenen, zoals gastgezinnen.

Heeft u een dier in uw praktijk dat recent uit Oekraïne of een ander land is gekomen en symptomen van rabiës vertoont? Neem dan direct contact op met het Landelijk meldpunt Dierziekte via (045) 546 31 88 of via onze website.

Wat doe ik verder als een hond, kat of fret uit Oekraïne of Rusland in mijn spreekkamer komt die niet aan de EU-importeisen voldoet?

  1. Meld de gegevens van het dier zo volledig mogelijk bij de NVWA (inclusief e-mailadres en telefoonnummer van eigenaar) als dit nog niet gedaan is.
  2. Implanteer een chip als het dier die nog niet heeft.
  3. Vaccineer tegen rabiës als het dier geen geldige rabiësvaccinatie heeft. Hieronder leest u meer over wat een geldige rabiësvaccinatie is.
  4. Maak een EU-dierenpaspoort voor het dier en bekijk voor meer informatie over registratie de website van RVO. Hieronder leest u meer over welke gegevens u kunt overnemen in het EU-dierenpaspoort.
  5. Geef bij voorkeur de reguliere entingen, ontworming in verband met echinococcose en indien nodig een behandeling tegen teken en vlooien. Dit is niet wettelijk verplicht. Voor informatie hierover kunt u terecht bij Universitair Dierenziekenhuis.
  6. Maak meteen een afspraak voor bloedafname voor een titerbepaling minimaal 30 dagen na de rabiësvaccinatie als dit nog niet gedaan is. Dit geldt alleen voor dieren uit Oekraïne.
  7. Laat een titerbepaling uitvoeren als dit nog niet gedaan is. Stuur hiervoor een bloedmonster op naar het bioveterinair lab van de Wageningen University & Research
  8. Stuur als de uitslag bekend is een leesbare kopie of foto van het volledige officiële certificaat/titerbewijs met de uitslag van de titerbepaling door aan de NVWA via rabiesoekraine@nvwa.nl. Vermeld bij het doorgeven van de uitslag aan de NVWA het chipnummer van het dier en een van de volgende gegevens, als deze niet (goed) zichtbaar op de kopie staan:
    - naam van de eigenaar
    - Nederlandse postcode + huisnummer van de eigenaar (zolang deze niet verhuisd is)
    Met deze gegevens kan het dier terug gevonden worden in de systemen.
  9. Zeg tegen de eigenaar van het dier dat hij of zij het dier in thuisquarantaine moet houden tot 3 maanden na een goede uitslag van de titerbepaling of tot eventuele nadere instructies van de NVWA.
  10. Als er andere honden, katten of fretten in huis aanwezig zijn, vaccineer deze dan ook tegen rabiës als zij geen geldige enting hebben.

Wat doe ik als ik de uitslag van de titerbepaling heb?

Is de uitslag hoger dan 0,5 IE/ml? Dan betekent dit dat het vaccin goed werkt en het dier voldoende beschermd is tegen rabiës. Er geldt vanwege de lange incubatietijd een wachttijd van 3 maanden na een gunstige titerbepaling in het land waar de hond of kat vandaan komt vóór vertrek naar de EU.

Is de uitslag lager dan 0,5 IE/ml? Dan moet het dier nogmaals tegen rabiës worden gevaccineerd. Neem hierover contact op met de eigenaar en met de NVWA via rabiesoekraine@nvwa.nl. Maak bovendien meteen een afspraak voor bloedafname voor een nieuwe titerbepaling. Die afspraak moet weer minimaal 30 dagen na deze 2e vaccinatie plaatsvinden. Bij een tweede te lage titerbepaling hoeft het dier alleen nog voor de 3e keer tegen rabiës gevaccineerd te worden, bij voorkeur met een ander rabiësvaccin. Er hoeft dan geen 3e titerbepaling meer plaats te vinden.

Wanneer is een rabiësvaccinatie geldig?

Een eerder gegeven rabiësvaccinatie is geldig als aan onderstaande voorwaarden wordt voldaan:

  • Het dier had een chip op het moment van vaccineren.
  • De vaccinatie is nog niet verlopen.
  • Dit staat vermeld op het gezondheidscertificaat of het EU-dierenpaspoort. Bekijk hoe het certificaat eruit ziet en wat de voorwaarden zijn.

Wat zijn de regels als het dier uit Oekraïne eerst een tijd in een ander land heeft doorgebracht?

Als het dier een periode in een ander hoogrisicoland voor rabiës buiten de EU, zoals Turkije, Servië of Moldavië heeft doorgebracht, gelden dezelfde eisen als voor Oekraïne, dus met titerbepaling en 3 maanden wachttijd. Het dier moet minimaal 7 maanden oud zijn voordat het uit een hoogrisicoland naar Nederland kan komen (in verband met rabiësvaccinatie op 12 weken leeftijd, na 30 dagen titerbepaling, tenslotte 3 maanden wachttijd).

Als het dier meer dan 6 maanden in een land buiten de EU met een laag rabiësrisico heeft doorgebracht, gelden deze eisen: EU-gezondheidscertificaat (of EU-dierenpaspoort), chip en rabiësvaccinatie (minimaal 3 weken voor de reis).

Als het dier meer dan 6 maanden in een EU-land heeft doorgebracht, gelden de eisen voor verplaatsing tussen lidstaten: EU-dierenpaspoort, chip en rabiësvaccinatie (minimaal 3 weken voor de reis).

De chip en rabiësvaccinatie zijn dus altijd verplicht als de dieren uit een ander land komen.

Welke gegevens mag ik overnemen in het EU-dierenpaspoort?

Dit kan alleen als het dier aan de importeisen van de EU voldoet. Hier vindt u of en welke gegevens u over kan nemen in het EU-dierenpaspoort en onder welke voorwaarden.

Andere gezelschapsdieren

Dieren als konijnen, cavia's en hamsters hoeven niet bij ons gemeld te worden.

De volgende dieren moet u wel melden:

  • (Gezelschaps)vogels (in verband met vogelgriep) die niet aan de EU-importeisen voldoen. Zie hier welke eisen dat zijn.
  • Reptielen, amfibieën of andere dieren voor de handel (de dieren zijn naar Nederland gekomen om hier te worden verkocht) die niet aan de EU voldoen. Zie hier voor de eisen en voorwaarden.

Neem bij ziekteverschijnselen die kunnen duiden op vogelgriep, Bsal (bij salamanders) of andere besmettelijke dierziekten direct contact op met het Landelijke meldpunt Dierziekten van de NVWA.