Vakgebieden binnen NIVIP
NIVIP kent 8 vakgebieden. Hieronder leest u welke.
Bacteriologie
In Nederland komen allerlei bacteriën voor die schade kunnen toebrengen aan gewassen. Daarnaast zijn er diverse zeer schadelijke plantpathogene bacteriën die hier niet voorkomen, maar die zich via de handel of natuurlijke verspreiding in Nederland kunnen vestigen. Dit zijn zogenoemde quarantaine-organismen.
Als medewerkers van het vakgebied Bacteriologie brengen we de risico's van deze verschillende bacteriën in kaart.
Hoe brengen we de risico's in kaart?
- We analyseren monsters op de aanwezigheid van ziekteverwekkers.
- We doen nieuwe kennis op over de epidemiologie en fylogenie (afstamming) van bacteriën via verschillende onderzoeksprojecten.
Met deze kennis kunnen we risico's beter in te schatten. Ook ontwikkelen en optimaliseren we detectietoetsen met de opgedane kennis.
Zo stellen we doeltreffende maatregelen op om verspreiding te voorkomen. En dragen we bij aan het beschermen van de Nederlandse teelt en handel van planten.
Welke bacteriën onderzoeken we?
Onze focus ligt op quarantaineorganismen zoals:
- Ralstonia solanacearum, de veroorzaker van bruinrot in aardappel
- Xylella fastidiosa
Daarnaast onderzoeken we ook andere plantpathogene bacteriën.
EURL
Het vakgebied Bacteriologie is aangewezen als Europees referentielaboratorium (EURL). Het EURL vormt de link tussen de Europese Commissie en de plantgezondheidslaboratoria. Als EURL geven wij onder andere advies over toetsen om te gebruiken voor quarantaine-organismen. Ook organiseren we 'proficiency tests' en 'test performance studies' voor specifieke schadelijke organismen.
Onderzoek
Medewerkers van het NIVIP presenteren geregeld resultaten van hun onderzoek. Bekijk de meest recente onderzoeken op het gebied van bacteriologie.
Centrum Monitoring Vectoren
Sommige geleedpotigen zoals insecten en spinachtigen kunnen virussen, bacteriën of parasieten bij zich dragen die schadelijk zijn voor mens of dier. Deze geleedpotigen noemen we vectoren. Voorbeelden zijn de teek, de tijgermug en de knut. Onze missie is om de impact van deze vectoren op de volks- en diergezondheid te minimaliseren.
Hoe minimaliseren we de impact van vectoren?
Dat doen we op de volgende manieren:
- We verzamelen en beheren kennis over inheemse en exotische vectoren.
- We houden in de gaten hoe vectoren zich verspreiden in Nederland.
- We maken risicoanalyses over vectoren.
- We geven beleidsadvies voor publieke gezondheid aan het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport.
- We ondersteunen het RIVM.
- We nemen deel aan meerdere overleggen op het gebied van infectieziektes.
- We geven beleidsadvies voor diergezondheid aan het ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit.
- We ondersteunen Wageningen Bioveterinary Research (WBVR).
Met wie delen we onze kennis nog meer?
Naast de hierboven genoemde organisaties die wij structureel advies geven, delen wij incidenteel ook onze kennis met de volgende partijen en organisaties in Nederland:
- GGD-en
- Royal GD (de Gezondheidsdienst Dieren)
- gemeenten
- provincies
- terreinbeheerders
- burgers
- plaagdierbestrijders
- het bedrijfsleven
- wetenschappelijke instituten
Ook internationaal zijn wij actief op het gebied van Europees vectoren-beleid. Dat doen we voornamelijk via de volgende organisaties:
- European Centre for Disease Prevention and Control (ECDC)
- Europese Autoriteit voor voedselveiligheid (EFSA)
- World Health Organization - Europe
Onderzoekresultaten
Medewerkers van het CMV presenteren geregeld resultaten van hun onderzoek. Bekijk de meest recente onderzoeken van het CMV.
Entomologie (insecten)
Sommige insecten, mijten en andere geleedpotigen tasten planten aan of dragen plantenziekten over. Als medewerkers van het vakgebied Entomologie richten wij ons op de diagnose van deze EU-quarantaineorganismen en andere schadelijke soorten. Ook geven we advies over eventuele risico’s bij de inzet van zogenoemde natuurlijke bestrijders.
Hoe stellen we vast of een soort schadelijk is?
Dit doen we aan de hand van beschikbare literatuur en daarnaast hebben we een eigen, unieke referentiecollectie van fytosanitair relevante organismen. Ook werken we aan actuele informatie van de taxonomie, biologie en ecologie van schadelijke soorten.
Soortgroepen die wij onderzoeken zijn:
- kevers
- (nacht)vlinders
- boorvliegen
- mineervliegen
- vliesvleugeligen (onder andere mieren en (blad)wespen
- bladvlooien
- bladluizen
- wantsen
- cicaden
- wittevliegen
- dop-, wol- en schildluizen
- tripsen
- mijten
- spinnen
Wat doen we nog meer?
Naast de diagnose van schadelijke insecten, mijten en andere geleedpotigen, doen wij het volgende:
- We dragen bij aan de opleidingen van inspecteurs.
- We geven advies aan beleidsmakers binnen de NVWA, LVVN en RVO.
- We monitoren organismen en beoordelen risico’s.
- We helpen schadelijke soorten te beheersen.
- We doen onderzoek op het gebied van (fytosanitaire) entomologie.
- We wisselen kennis uit via panels, zoals het diagnostisch panel van EPPO en andere specialisten.
- We geven advies over inzet van biologische bestrijders.
Biologische bestrijders en Productiedieren
Het Kenniscentrum Biologische bestrijders en Productdieren is onderdeel van het vakgebied Entomologie. Zij adviseren beleidsmakers bij RVO en het ministerie van LVVN over de eventuele risico's die ontstaan bij de inzet van biologische bestrijders in Nederland.
Biologische bestrijding is de bestrijding van schadelijke plantpathogene organismen door gebruik te maken van hun natuurlijke vijand. Voorbeelden zijn:
- entomopathogene nematoden
- predatorische mijten
- predatorische insecten zoals sluipwespen
Door effectief gebruik van biologische bestrijders kunnen we chemische plaagbestrijding overbodig maken. Maar het uitzetten van biologische bestrijders mag geen risico vormen voor de inheemse flora en fauna.
We richten ons vooral op het actueel houden van informatie over de taxonomie, biologie en ecologie van biologische bestrijders. In het kader van kennisuitwisseling nemen we ook een actieve rol op in panels zoals het EPPO/IOBC panel voor biologische bestrijding.
Onderzoek
Medewerkers van NIVIP publiceren geregeld resultaten van hun onderzoek. Bekijk de meest recente onderzoeken over entomologie en biologische bestrijding.
Invasieve planten
Planten die niet van nature in Nederland voorkomen kunnen schadelijk zijn voor de natuur. Ze kunnen namelijk (grote) schade aanbrengen aan de economie, veiligheid of gezondheid. Zo'n plant heet ook wel een invasieve exoot.
De NVWA ziet toe op de handel in en het bezit van deze planten. Het kenniscentrum Invasieve Planten en Hout van het NIVIP onderzoekt namens de NVWA de risico's van deze planten. Daarnaast geven we advies aan provincies, terreinbeheerders en de Europese Unie.
Hoe dragen we eraan bij risico's van invasieve planten te beperken?
Op de volgende manier helpen we zowel burgers, als andere overheidsinstanties plantensoorten beter te herkennen en dragen zo dus bij aan natuurbescherming:
- We maken risicobeoordelingen.
- We geven voorlichting aan onder andere waterschappen, provincies en terreinbeheerders.
- We doen onderzoek.
- We ontwikkelen identificatiemiddelen voor invasieve planten, zoals verschillende veldgidsen (bijvoorbeeld de Veldgids houtige planten en de Veldgids invasieve waterplanten en de LUCID-identificatiesleutels op de website van Q-bankplants.
- De Q-bankplant bevat een interactieve zoektool waarmee je aan de hand van verschillende kenmerken kunt achterhalen met welke plant je van doen hebt.
Onderzoek
Medewerkers van het NIVIP presenteren geregeld resultaten van hun onderzoek. Bekijk de meest recente onderzoeken over invasieve planten.
Moleculaire biologie
Als medewerkers van het vakgebied moleculaire biologie voeren we voor de andere vakgebieden diagnostiek uit van plantenziekten, plaagorganismen, invasieve planten en vectoren. Zo helpen we een snelle, betrouwbare diagnose te stellen.
Met welke technieken stellen we diagnoses?
We stellen diagnoses met technieken die gebruikmaken van het erfelijk materiaal van een doelorganisme: het DNA en RNA. Omdat elk organisme een uniek DNA/RNA-profiel heeft kunnen deze gebruikt worden voor detectie en identificatie.
Bij detectie gaat het bijvoorbeeld om het aantonen van de aanwezigheid van een schadelijke schimmel in een gastheerplant.
Bij identificatie gaat het om het benoemen van een insectensoort dat op een gewas is aangetroffen.
Verschillende methoden
We maken onderscheid tussen 4 verschillende methoden:
- conventionele PCR
- real-time PCR
- PCR-(Sanger-)sequencing
- High Throughput sequencing (HTS)
In totaal hebben we ongeveer 150 toetsen in het arsenaal. De moleculair biologische toetsen worden uitgevoerd onder de ISO17025-accreditatie.
Ontwikkelen en valideren nieuwe toetsen
Om bij te blijven met organismen die in nieuwe handelsstromen naar Nederland komen, ontwikkelen en valideren we nieuwe toetsen. Dit gebeurt vaak samen met nationale en internationale onderzoekspartners.
Taxonomische problemen
Naast de ontwikkeling van nieuwe toetsen zetten we moleculair onderzoek ook in om taxonomische problemen op te lossen. Denk dan aan de vraag 'Is dit één soort of zijn het twee verschillende soorten?' Dit soort vragen is belangrijk om uiteindelijk een betrouwbare diagnose te kunnen stellen - en zo gepaste maatregelen op te leggen.
Ook bij nieuwe uitbraken van gereguleerde organismen spelen de moleculaire technieken een grote rol. Komt een nieuwe uitbraak bijvoorbeeld van iets dat we al kennen of is het iets nieuws? En als het iets nieuws is, is er dan mogelijk een groter risico mee gemoeid? In deze gevallen helpen de moleculaire analyses om maatwerk te leveren bij nieuwe vondsten.
Nextstrain – verspreiding en ontwikkeling organismen in kaart gebracht
Nextstrain is een collectie van open-source bio-informatiemiddelen die worden gebruikt om op interactieve wijze de diversiteit en verspreiding van onderzochte organismen in kaart kan brengen. Deze methode maakt dus snel en helder inzichtelijk maakt hoe een organisme zich verspreidt én zich ontwikkelt op verschillende plekken.
Het vakgebied moleculaire biologie heeft onze Nextstrain geïmplementeerd en onderhoudt deze.
Waarvoor is Nextstrain gebruikt?
Nextstrain is succesvol toegepast rond de uitbraak van het Tomato brown rugose fruit virus (ToBRFV), dat flinke schade aanrichtte onder tomaten, paprika’s en Spaanse pepers. Door middel van de Nextstrain-analyse kon goed worden onderzocht waar verschillende mutaties van het virus zich in Nederland bevonden en hoe deze zich hadden verspreid. Zo kon gericht een aanpak worden opgesteld om het virus te verdrijven.
Daarnaast op ToBRFV, is de Nextstrain-analyse toegepast op de volgende organismen:
- de schimmel Synchytrium endobioticum, veroorzaker van aardappelwratziekte
- de Aziatische tijgermug
- de Afrikaanse fruitmot
Onderzoek
Medewerkers van het NIVIP publiceren geregeld resultaten van hun onderzoek. Bekijk de meest recente onderzoeken over moleculaire biologie.
Mycologie (schimmels)
Als medewerkers van het vakgebied Mycologie houden wij ons bezig met de identificatie van quarantaine- en andere schimmels die plantenziekten kunnen veroorzaken. Daarom doen we onder meer onderzoek naar aardappelwratziekte, schimmelziekten op citrusvruchten en naar de Neocosmospora ambrosia-groep.
Hoe identificeren we schadelijke schimmels?
Om schadelijke schimmels te identificeren maken we gebruik van verschillende methoden:
- We doen uitvoerig morfologisch onderzoek.
- We voeren we biotoetsen uit in kassen.
- We maken gebruik van moleculaire technieken in combinatie met data-analyse
Expertise
In Nederland zijn we de enige instantie op het gebied van plant-pathogene schimmels die diagnostische en fytopathologische expertise heeft over alle gewassen die geteeld worden in onze regio. Zo hebben we gespecialiseerde kennis over onder meer:
- aardappelwratziekte (Synchytrium endobioticum)
- schimmelziekten op citrus (Phyllosticta citricarpa en Elsinoë-soorten)
- Neocosmospora ambrosia-groep
- roestschimmels
- waterschimmels (zoals Phytophthora, Pythium)
- boomziekten
Onderzoek
Medewerkers van het NIVIP presenteren geregeld resultaten van hun onderzoek. Bekijk de meest recente onderzoeken op het gebied van mycologie.
Nematologie
Nematoden zijn kleine rondwormen, van zo'n 0,2 tot 5 mm groot. We kennen ze ook als aaltjes. Nematoden kunnen plantenziekten veroorzaken. Als medewerkers van het vakgebied Nematologie houden we ons bezig met de diagnose van plantenziekten die deze nematoden veroorzaken.
Hoe stellen we diagnoses van schadelijke nematoden?
We combineren daarbij de volgende technieken:
- morfologische identificaties
- moleculaire technieken als (Real Time)-PCR en (High Throughput) sequencing
Advies
Ook geven wij advies op de volgende manieren:
- Wij verzamelen informatie over de oorzaken en achtergronden van de aantastingen die nematoden veroorzaken in binnen- en buitenland en maken risicoanalyses.
- Wij coördineren onderzoek om EU-quarantainenematoden en andere schadelijke soorten te monitoren. En voeren dit onderzoek ook zelf uit.
- Wij houden de handel in planten en producten in de gaten.
- Wij wisselen actief kennis uit via (inter)nationale netwerken zoals Euphresco.
- Wij beheren een unieke levende referentiecollectie.
- Vanuit onze brede kennis over de taxonomie, biologie en ecologie van plantenparasitaire nematoden geven wij beleidsadvies.
- Wij organiseren cursussen voor (inter)nationaal betrokkenen, zoals de cursus over identificatie van plantparasitaire nematoden.
- We spelen ook een actieve rol in panels van de European Plant Protection Organization (EPPO).
Onderzoekspublicaties
Medewerkers van het NIVIP publiceren regelmatig resultaten van hun onderzoek. Bekijk de meest recente onderzoeken over nematologie.
Virologie
Als medewerkers van het vakgebied Virologie richten wij ons op plantenvirussen, viroïden en fytoplasma's. We helpen de plantenziekten die deze organismen veroorzaken te voorkomen en aan te pakken.
Hoe helpen we plantenziekten voorkomen?
Wij doen dit door:
- diagnostiek
- onderzoek
- collectiebeheer
- risicoanalyses
- beleidsadvies
Diagnostiek
We brengen in kaart welke virussen aanwezig zijn in Nederland en stellen vast welke virussen de Nederlandse gewassen ziek maken. Met deze kennis proberen we te voorkomen dat quarantainevirussen ons land binnenkomen.
We gebruiken verschillende methodes:
- Illumina-sequencing
- serologische toetsen
- moleculaire toetsen
- toetsplantonderzoek
Hiervoor werken wij nauw samen met onze collega’s van het vakgebied Moleculaire Biologie.
Protocollen en trainingen
Ook helpen we protocollen te ontwikkelen en te herzien voor detectie en identificatie van virussen. Dit doen we onder meer in de context van de European and Mediterranean Plant Protection Organization (EPPO). Daarnaast werken we nauw samen met plantkundige keuringsdiensten en inspecteurs, aan wie we ook trainingen geven.
EURL
Het vakgebied Virologie is aangewezen als Europees referentielaboratorium (EURL). Het EURL vormt de link tussen de Europese Commissie en de plantgezondheidslaboratoria. Als EURL geven wij onder andere advies over toetsen om te gebruiken voor quarantaine-organismen. Ook organiseren we 'proficiency tests' en 'test performance studies' voor specifieke schadelijke organismen.
Onderzoek
Verder doen we ook veel onderzoek:
- We ontwikkelen nieuwe toetsen.
- We doen veel validatieonderzoeken.
- We karakteriseren nieuwe virussen, denk daarbij aan het bepalen van waardplanten en eventuele vectoren.
- We stellen de sequentie vast van het erfelijk materiaal.
In samenwerking met het vakgebied Moleculaire biologie hebben we de onderzoeksmethode Illumina-sequencing voor diagnostische doeleinden gevalideerd. Daardoor is deze methode geaccrediteerd bij het NIVIP, als eerste Europees fytosanitair laboratorium.
Risicoanalyses en beleidsadvies
We maken risicobeoordelingen en adviseren:
- beleidsmakers
- ministeries
- de sector
- andere NPPO's
Hiermee slaan we de brug tussen kennis en beleid. Ook helpen we zo bij het effectief optreden bij een uitbraak van een quarantaineorganisme. Hiervoor voeren we geregeld Quickscans en Pest Risk Analyses (PRA) uit.
Onderzoek
Medewerkers van NIVIP publiceren geregeld resultaten van hun onderzoek. Bekijk de meest recente onderzoeken over virologie.